zaterdag 31 juli 2010

Klapparstígur 11

Het zat er al heel lang aan te komen. Sinds enkele dagen ben ik definitief verhuist naar Klapparstígur, waar ik de rest van de tijd met Jenna in een heel gezellig appartementje zal doorbrengen.


Geen onbekende plek voor mij, en ik heb hier al heel wat verhalen meegemaakt sinds ik op dit eiland kwam. Geweldige, grappige maar ook minder aangename ervaringen.

Tijd om daar ons eigen verhaal aan toe te voegen.

woensdag 28 juli 2010

Heimsóknarhátiðin

In de reeks bezoekjes uit België waren Laurens en Pieter de volgende. Een korte en hevige passage in Reykjavík, waarna de heren nog een dikke week ronddoolden door de ongetemde natuur, om nog net op tijd terug te komen voor een klein festival aan het meer in Reykjavík, dat naast volledig uitgeregend ook heel sfeervol was. Vergezeld van een occasionele knappe reisgezel en een bescheiden wagen met een levensverhaal langer dan dat van tien doorsnee Belgische auto's bij elkaar. In elk geval kwamen ze met dozen vol legendarische verhalen terug naar Reykjavík voor ze naar huis vertrokken. Dat was absoluut te verwachten, maar je moet het ze maar nadoen. Een vitale kijk op IJsland, dat hopelijk ook veel indruk op hen maakte. Daaraan twijfel ik eigenlijk ook niet... De verhalen laat ik aan de hoofdrolspelers zelf om te vertellen, dat plezier kan ik hun niet ontnemen.


Een mooi bezoek, maar altijd weer even schrikken om opnieuw even het thuisfront te zien en je eigen vertrek te voelen naderen. Ik heb veel mooie dingen ervaren sinds ik hierheen kwam, en het zal pijn doen om er zo veel van te moeten achterlaten - misschien echter niet voorgoed. Naast mijn dagelijkse leventje hier waar ik zo aan gehecht ben was er in de bezoekweek van de twee collegenaars nog een nieuw smaakje aan mijn IJslandervaring, want ik gaf dit jaar training aan de IJslandse selectie voor de internationale wiskunde olympiade (IMO) waar hier maar liefst een volle maand aandacht aan besteed wordt. Ik zakte dus enkele dagen af naar de universiteit om het zeskoppige team te woord te staan. Lesgeven doe ik graag, en de IJslandse groep gaf er een exotisch smaakje aan dat heel verrassend en interessant bleek. Tof om te kunnen doen!

maandag 26 juli 2010

Fjölskyldusambandstilfinningar

Begin juni begonnen de nachten hun eigen bestaan in twijfel te trekken, brak het zomerleven aan en begonnen de toeristen toe te stromen. Zo ook een groep die ik graag zag komen. Mijn ouders, vergezeld van een collectie nonkels en tantes bestaande uit één Jan, twee Maria's en een Ludo.


Na een kort bezoek aan Reykjavík een een deugddoende bijbabbel werd er al gauw afgereisd uit de voor IJsland zo atypische hoofdstad, richting wat meer wilde natuur. Vreemd genoeg heb ik zelf bij al mijn rondreizen de meest populaire attractie gemist. Heeft er waarschijnlijk mee te maken dat de Gullni Hringurinn door iedereen al enkele keren gedaan was. Zelf steeds overgeslagen, dus greep ik mijn kans en ging ik twee dagen mee met de hele groep.


Het deed deugd om nog eens in levende lijve te kunnen bijpraten en te horen over hoe het thuis is. Dat dat kon in Þingvellir, Geysir en bij Gullfoss was heel mooi meegenomen. De eerste dag dan uiteindelijk eens op de meest bekende plekken van IJsland gekomen, en ondanks wat ik van veel mensen hoorde op voorhand vond ik het wel erg de moeite. Er zijn charmantere plaatsen, zeker, maar dit was toch wel de moeite.


De volgende dag dan iets vertrouwder terrein, langs Skálholt en zijn fantastische uitzicht, over de uitgestrekte en kale lavavelden naast de Hekla richting Hella. Hele mooie en gevarieerde omgeving, die ondertussen van muggen vergeven is. De hardgekookte reiziger die ze kan negeren zal het landschap echter zeker kunnen bekoren.


In Hella stapte ik af om een bezoek te brengen aan Heleri, en zette de familie hun reis voort langs het prachtige zuiden. Na een bezoekje aan Heleri en een snelle indruk van Hella keerde ik al gauw (op mijn duim) terug naar Reykjavík. Interessante mensen die me meenamen, en tegen de avond was ik dan terug in mijn dierbare stad. Na nog even te passeren in de hoofdstad kwam er een einde aan het familiebezoek van de hele bende. Maar nog niet aan de reeks bezoekjes uit België...

woensdag 21 juli 2010

Aldrei fór ég suður

Ondertussen is de zomer, met een volledig nieuw leven erbij, in volle gang. Een mens raakt in een ander ritme en vergeet daarbij af en toe al eens het bestaan van deze blog. Genoeg verhalen te vertellen, waarvan de meesten nooit neergeschreven zullen worden. Nu Jenna een week in Finland zit, kom ik enkele dagen mijmeren in het gehucht Hella waar Heleri werkt, middenin de uitgestrekte natuur. Onder het dreigende oog van de machtige Hekla, langsheen de inmiddels befaamde Eyjafjallajökull, heb ik hier een heel bezinnende ervaring op deze charmante plek. Daarover later meer. Ik kom even binnen om wat mensen om me heen te hebben en pik mijn blog nog eens op, waar ik daarnet weer even aan moest denken. Een verhaal uit de oude doos deze keer.


Begin april kreeg ik nog eens Belgisch bezoek, toen Bert, Erik en Stijn nog net op tijd naar IJsland kwamen, net voor de vulkaanproblemen. Hoewel ik al vrij vaak richting zuiden afgezakt was, waren er nog vele dingen te ontdekken, en dat hebben we samen kunnen doen. Een driedaagse door het toen nog vaak mistige en regenachtige zuiden, met een gehuurde jeep, als slotstuk van de week die mijn bezoekers hier in IJsland doorbrachten.


Vanuit het zonnige Reykjavík voerde de weg ons langs de nog deels in sneeuw gehulde landschappen. Seljalandsfoss, de wachter van de poort naar de rijke en mystieke lentestemming van het zuiden maakt steeds indruk, en in dit geval maakte het ons ook overmoedig om de weg naar Þórsmörk uit te proberen. Kale en onherbergzame vlakten strekken zich uit aan weerszijden van de weg, en rivieren vormen geen obstakel voor de stoutmoedige wil van stuurman Stijn. De weg voert ons onder de kale en volle stemklanken van Steindór Andersen langs adembenemende landschappen, een gletsjermeer en uiteindelijk een verborgen nis net voor Þórsmörk, waar de weg slechter wordt en we terugkeren.


Indrukwekkende natuurverschijnselen wisselen elkaar af in het land van vuur en ijs, en in enkele dagen tijd verdrinken we in de indrukken die het zuiden zo karakteriseren. Te veel dingen om allemaal op te noemen en recht aan te doen, maar de hele sfeer was gedrenkt in de mystiek van het nog mistige en regenachtige seizoen, wat de sfeer onvergetelijk maakt. De mystiek bereikt een hoogtepunt in de baai nabij Vík, met prachtige zonsondergang, en in het fascinerende en verlaten gletsjermeer Jökulsárlón.


Met bezoek word je nog eens herinnerd aan je wortels en je leven thuis, hoor je verhalen en spreek je nog eens je moedertaal, wat niet altijd meer even vlot gaat. Voor mij nog een ervaring van wat ik al eerder had gemerkt; na een tijdje de mensen en de bezigheden uit Reykjavík te ontvluchten, merk ik dat ik erg gehecht ben aan mijn leven daar, en heel graag terugkeer naar wat ik hier zover heb opgebouwd. Natuurlijk stond dat niet in de weg om een heel leuke driedaagse te hebben met de Belgen, waar ik absoluut enorm van genoten heb.


Binnenkort tracht ik nog wat meer korte verhalen te vertellen, want er gebeurt meer dan ooit, en de ervaringen worden enkel intenser. De zon lonkt nu, en een wandeling langsheen de rivier in het zomerse natuurschoon van de omgeving van Hella kan ik niet weerstaan.