Al lang genoeg staat ze daar te glunderen op een boogscheut van de hoofdstad, hoog tijd dus om eens korte metten te maken met de berg Esja. Veel IJslanders kennen de weg op hun duimpje, en sommigen beklimmen hem zelfs elke week. Het weer was al een tijdje best te appreciëren, waardoor de weg in goeie conditie was, en veel van het ijs op de top gesmolten was. Alles wees er dus op dat een beklimming wel nog eens zou kunnen lukken.
Maar de weergoden waren niet de enigen die ons wel sympatiek vonden, zo bleek wel toen ik een handschoen kwijtraakte, en enkele minuten later al een nieuwe vond, met een muts erbij. Eerlijk gezegd heb ik me die vondst niet beklaagd want het was verdorie frisjes op de berg. Prachtige wandeling, met uitzichten die helaas niet altijd even makkelijk op foto plakken. Het laatste stuk wandelden we de wolken binnen op de met ijs bezaaide top, en verdween het verre uitzicht. In de plaats een absolute stilte... Het scherpe oog van Lien merkte na een tijdje plots een drietal ptarmigans op, wiens camouflage in het ijs werkelijk volmaakt was. Zo volmaakt dat onze foto's verre van spectaculair zijn. Na de boterhammetjes keerden we dan maar terug, een 100 meter voor de hoogste top, want dat stuk was op gevaar van eigen leven. Tenminste, dat haalde ik uit wat een IJslandse passant ons even vroeger vertelde. Die man had niet geraden dat we niet IJslands waren, en op zulke momenten vraag je niet te veel extra uitleg en speel je mee in je properste IJslands natuurlijk...
Geen opmerkingen:
Een reactie posten